We wandelen deze week onze vierde week. Na de Belgische Ardennen komen we aan in het prachtige maar ondoordringbare Noordoosten van Luxemburg, waar nauwelijks levensmiddelen te koop zijn en vrijwel geen internetbereik is. Hier lopen we enkele dagen door de bossen en langs de rivier de Our.
Boodschappen
We starten deze week bij de Aldi in Vielsalm, omdat we voor een paar dagen boodschappen moeten doen. We hebben nog twee Bever-noodmaaltijden, een zak goede donkere quinoa en een zak pitten- en zadenmix met gedroogd fruit. We kopen twee broden, kaas, ham, appel-perenstroop en nog wat extra houdbaar hondenvoer voor Rosa. Buiten eten we yoghurt met fruit en muesli en we geven Rosa 500 gram rundvlees. Onze rugzakken zijn topzwaar, en met name de armen van Sjaak worden flink belast.
Foto: yoga-oefeningen voor de armen
Koffie
Na een eerste flinke klim via de asfaltweg gaat het lopen eigenlijk best goed. “Het lijkt wel of het landschap hier steeds vlakker wordt!” Het is een verademing dat we de heuvelachtige Ardennen steeds verder achter ons laten. Sjaak snakt naar koffie, en hij loopt langs drie plaatsen waar een uithangbord hangt. Maar omdat het maandag is, grijpt hij steeds mis. “Het is tijd voor pauze, zullen we hier gaan zitten?”. Er is hier bij uitzondering geen prikkeldraad, maar een heg waar ik mijn natte slaapzak te drogen kan hangen. Ik doe mijn schoenen en sokken uit. “Wat doen jullie hier?!”, vraagt een strenge en donkere stem. Het stoute kind in mij schrikt en mompelt dat we aan het wandelen zijn en even zouden willen rusten. “Dat is goed, als je maar geen rommel achterlaat!”. De Nederlandse man blijkt de eigenaar te zijn van dit perceel. “Wat zei je, lopen jullie helemaal van de Nederlandse kust naar de Middellandse Zee?”. Hij fronst met zijn wenkbrauwen. “Dat is een heel eind! Hebben jullie misschien iets nodig, willen jullie iets drinken?”. Ik stoot Sjaak aan, dit is zijn kans op een kopje koffie! De vriendin van de man maakt koffie en thee voor ons. Het is fijn om even Nederlands te praten! “Klopt het dat er in deze streek minder hoogteverschillen zijn?” vraag ik aan de vrouw. Dat klopt, we lopen nu over een wat hoger gelegen plateau, dus we hoeven wat minder klimmetjes te doen. We bedanken de man en vrouw voor hun gastvrijheid en lopen verder richting Braunlauf.
Braunlauf
In Braunlauf komen we langs een overdekte picknickplek, bij een kapelletje. “We hebben nog maar 50 minuten gelopen, maar ik stel voor om hier toch even pauze te nemen!” zegt Sjaak. Er staat een waterpomp, een prullenbak en er hangen landkaarten. We bekijken onze route naar Grüfflingen, waar we de nacht zullen doorbrengen. We zijn goedgehumeurd omdat we weer een stapje verder zijn op onze reis!
Foto: de overdekte rustplek in Braunlauf
Krakende wagens lopen het langst
We hebben goed geslapen tussen de dennenbomen, maar mijn nek doet pijn, mijn onderrug zit vast en mijn rechter grote teen voelt pijnlijk en beurs. Toch zijn we rond 10 uur weer op pad. Voor het eerst sinds we van huis vertrokken zijn is de tent droog ingepakt. Vannacht hadden we geen condens, wat waarschijnlijk komt door de droge lucht hier. Mijn rugzak houdt mij lichaam bij elkaar. “Wat een heerlijke route vandaag! Glooiend landschap, en droge paden!”. Af en toe lopen we door een zuurstofrijk bos. Vandaag zijn we weer terug op de oorspronkelijke GR5 route, die hier een stuk vriendelijker lijkt te zijn dan in het hart van de Belgische Ardennen.
Foto: we lopen door bossen met hoge naaldbomen
Schilderij
Het lijkt alsof we door een schilderij lopen. We komen bijna niemand tegen. In de verte zien we een boer tegen zijn tractor leunen. Hij blijkt 70 jaar oud te zijn en spreekt ons aan in het Duits. “Ik heb hier dieren staan, daar ga ik iedere dag even bij kijken. Daarna wandel ik een stuk. Ik houd ervan dat het hier zo droog en ruimtelijk is. Regen, daar moet ik niets van weten!” Even verderop lopen we langs een weide met speelse zwarte koeien. De man roept ons na: “Kijk! Dat zijn mijn dieren! Die houden mij jong!”. Lachend zwaaien we elkaar gedag. Rosa vindt de koeien erg interessant, dus wij doen haar aan de lijn. Wij lopen verder in ons lege schilderij van vandaag.
Foto: het landschap is hier vlakker dan in het hart van de Ardennen
Konditorei
Zo relaxed als de ochtend was, zo uitdagend is de middag. We beginnen de middag rustig met koffie bij een Konditorei maar daarna wordt het opnieuw afzien.
Foto: een heerlijke koffie, thee en kersenbroodje voor Sjaak bij de Konditorei
Trekpaard
Nadat we de Konditorei verlaten hebben leidt de GR5 ons omhoog een smal bergpaadje op. Na 100 meter wordt de weg echter versperd door een groot trekpaard. We kunnen niet voor langs en ook niet achterlangs, want het paard zit vast met kettingen aan weerzijde van het pad. “Meneer, wij zouden er graag langs willen!” roep ik in het Frans en Duits naar de eigenaar van het paard, die bovenop de heuvel met boomstammen in de weer is. “Wat is het probleem, je kunt er toch langs?!” Deze reactie begrijpen we niet, want hoewel het paard vriendelijk lijkt hebben wij een hond bij ons en we moeten met rugzakken onder de kettingen door tijgeren, wat we niet verantwoord vinden naast de grote sterke benen van dit mooie paard. We willen het paard ook niet aan het schrikken maken met ons hondje, want het zit aan kettingen en zou zichzelf ernstig kunnen bezeren. Zuchtend komt de man naar beneden en gaat bij het paard staan. “Loop maar onder de teugel door!”. Zowel Sjaak als ik blijven met onze rugzak aan de teugel hangen, maar het paard blijft gelukkig staan. Wij lopen verder, en de man vervolgt zijn werkzaamheden met de boomstammen.
Een ouderwets fijne wandeldag
Na de rustige landelijke ochtendwandeling hadden we niet verwacht dat de middagwandeling zo ontzettend mooi maar uitdagend zou zijn! Flinke klimmetjes, opnieuw modder, bergkeien en prachtige uitzichten. We lopen lekker door, het is een ouderwets fijne wandeldag zoals Sjaak en ik al vaak gehad hebben.
Foto: ook Rosa geniet van het uitzicht
Naar de camping
De zon schijnt en we hebben het warm. In de middag was ik mijn kleding in een bergstroompje en laat dit in het gras drogen. Ook de slaapzakken worden lekker droog. Aan het einde van de dag lopen we de camping in Ouren op, waar een briefje hangt dat er tot 20.30 uur niemand aanwezig is. Er staat een heerlijke loungebank op het terras dus we ploffen neer. We kunnen niet douchen want daar hebben we een SEP-key voor nodig. Sjaak bereidt de laatste twee noodmaaltijden van de Bever, terwijl wij kijken naar de ondergaande zon en wachten op de meneer of mevrouw die ons kan helpen aan een warme douche.
Rillerig en huilerig
Als ik die avond in mijn slaapzak lig, merk ik dat ik niet in goede doen ben. Het toiletgebouw was koud en winderig omdat de deuren om onbekende reden open moesten blijven staan. Maar wat mij meer gaat opbreken is het eenzijdige eten. Ondanks onze pogingen om ons dieet met fruit en yoghurt aan te vullen, en ondanks het feit dat Sjaak dagelijks een goede maaltijd probeert te koken, leven we voornamelijk van brood met pindakaas, appelstroop of jam. We nemen het meest vezelrijke brood dat we kunnen vinden, maar ik kan niet goed tegen brood. Groente en fruit is nauwelijks verkrijgbaar en zwaar om mee te nemen. Pindakaas zit vaak in grote zware glazen potten en dan moeten we het laten staan, want iedere gram telt! Ik denk dat ik de zware dagelijkse beweging heb onderschat. Mijn onderbenen schokken en kunnen maar moeilijk ontspannen. Morgen zal ik wat extra noten eten om mijn magnesium aan te vullen!
De grens van Luxemburg
Vandaag passeren we de grens van Luxemburg, wat we een mijlpaal vinden. We hebben alleen wat brood met appelstroop op, omdat we niet met hond de Brasserie van de camping in mochten. Er zijn hier geen winkels en er is alleen een kleine automaat waar wat etenswaren in zitten. “Sjaak, ik zie blikjes met sperziebonen, zullen we die doen?”. Ook al is het blikvoer, ik snak naar groente. Sjaak volgt de instructies van de automaat op, maar er komen geen sperziebonen uit, en de 2 euromunt is hij ook kwijt.
Foto: een leuk terras met een automaat met etenswaren, omdat er geen winkels in de buurt zijn
Al snel nadat we het dorp Ouren verlaten, passeren we de Luxemburgse grens. We zijn blij en verrast dat we al zo ver hebben gewandeld! De GR5 in Luxemburg heeft een ander symbool dan in België, namelijk een gele cirkel. De paden zijn hier breder en beter onderhouden dan in België. Tot nu toe zijn het veelal bospaden met zachte ondergrond, en.dat is fijn voor Sjaak zijn voeten.
Foto: we zijn in Luxemburg aangekomen!
Een prachtige eerste etappe langs de Our
De hele GR5 van Luxemburg zal langs de rivier de Our lopen. “Hopelijk is het dan wat minder klimmen en dalen! We blijven immers in een dal?” meent Sjaak. Deze gedachte blijkt niet te kloppen want we maken behoorlijk wat meters naar boven en naar beneden. We lopen op de bergwand van Luxemburg, naast het pad ligt de Our en aan de andere kant van de rivier ligt Duitsland.
Foto: vandaag lopen we behoorlijk wat steile maar prachtige stukken, steeds met de Our aan onze zijde
Rosa kan heerlijk rennen
Net als gisteren kan Rosa ook vandaag haar energie goed kwijt. Ze vindt het zwemmen in de Our heerlijk en vraagt iedere keer met haar ogen toestemming of ze in het water mag. Ze is er inmiddels ook achter gekomen dat ze de steile hellingen beter niet op of af kan gaan. Hoewel zij hoog en ver kan springen, zijn de hoogtes ook voor haar te veel van het goede. Rosa en wij hebben een tijdje opgelopen met hond Woody en zijn bazinnetjes. Woody is een kruising Bordercolly en herder en ondanks dat hij andere honden soms wat eng vindt hebben hij en Rosa een tijd fijn gespeeld.
Foto: Tijdens de middagpauze is Rosa moe maar voldaan van het vele zwemmen en spelen
Pauze op een bergweide
We pauzeren een uurtje op een heerlijk zonnige bergweide, waar we onze tent, slaapzakken en matten laten drogen van het condens. Het is vandaag heerlijk zonnig weer en wij genieten van het zonnebaden.
Foto: terwijl onze tent droogt, genieten wij tijdens de middagpauze van het zonnebaden
Uitdaging
De rest van de wandeling is een flinke uitdaging voor onze beenspieren en onze balans. Hoe mooi deze route ook is, het is niet geschikt voor beginnende wandelaars. Wij kunnen het nét aan zonder al teveel stress. Op sommige punten durf ik echter niet naar links of naar beneden te kijken. Luxemburg heeft de paden op deze etappe zeer goed onderhouden en op moeilijke stukken zijn trappetjes gemaakt. Sjaak daalt een lange trap zonder leuning af en draagt daarbij Rosa, terwijl ik alleen maar zijn rugzak en de twee treden vóór me hoef te zien. “Als ik dit in mijn eentje had moeten doen, dan was ik achterstevoren kruipend die trap af gegaan, zo steil, zonder leuning, en dan in zo’n diep gat kijken!”. Deze etappe is dus niet zo geschikt voor mensen met hoogtevrees.
Foto: afdaling via een verzorgde, maar heel steile trap zonder leuning! Gelukkig loopt Sjaak voorop.
Benzinepomp
Na deze prachtige en uitdagende tocht kunnen we alleen wat boodschappen doen bij de Q8 benzinepomp in Dasburg. We slapen daar ook op de camping. “Ik heb nog nooit zó raar gegeten!” zegt Sjaak. Hoewel we het gezondste hebben gekocht wat ze daar hebben, is het inderdaad een ratjetoe: worst en ham voor Sjaak, koude melk met een restje lekkere bio cruesli met rood fruit, voor mij roomkaasjes in karton, voor ieder van ons een meergranenbroodje en voor Sjaak nog een appelflap en een zak naturel chips. Hopelijk kunnen we daar morgen weer goed op lopen!
Buurman met appels
Als ik de volgende ochtend van het toiletgebouw terugkom, heeft Sjaak twee appels in zijn hand. “Gekregen van de buurman!”. Ik vind het heerlijk, want ik snak naar vitamines. De buurman, met wie Sjaak op dat moment aan het praten is, wandelt al tien jaar lange afstandswandelpaden. “Jullie gaan vandaag een heftige klim doen op een slecht onderhouden pad! Beneden, aan het begin van het pad, staan twee bankjes, en het is goed om daar van te voren te gaan zitten zodat je uitgerust aan deze klim begint.” We bedanken de buurman voor de tip en vertrekken naar Dasburg, wat niet op de route ligt maar waar we nog even willen kijken. We hopen er een winkel te vinden met iets te eten, en misschien kan Sjaak ergens een lekker kopje koffie drinken.
Geen winkels in Dasburg
We lopen langs een drukke warme weg. Omdat de buurman heeft verteld dat de route van vandaag vol bramenstruiken en brandnetels is, hebben we onze lange broek aan. Het is eigenlijk te warm voor een lange broek en we hijgen en puffen over het smalle stoepje langs de autoweg. Dasburg ligt niet op de route, dus dit zijn extra kilometers. Helaas is Dasburg uitgestorven. Het hotel is gesloten en het terras is leeg. Er is alleen een winkel met bloemendecoratie. We lopen terug langs de autoweg en doen onze boodschappen opnieuw bij de Q8 benzinepomp. Dit keer mag Rosa niet naar binnen. Om beurten wachten we buiten in de benzinedampen. Gelukkig liggen er nog vier meergranenbroodjes en twee stukken notenkoek in de vitrine van het benzinepompwinkeltje. Ook nemen we melk en wat goede repen pure chocolade met hazelnoten en amandelen mee. Maar ik heb nergens trek in. Mijn lichaam is moe en mijn benen zijn verzuurd. Ik verlang naar rust.
Foto: het mooie kleine plaatsje Dasburg, maar er zijn geen winkeltjes met levensmiddelen of terrasjes waar we vandaag koffie kunnen drinken
Een helse klim met verzuurde benen
De buurman heeft gelijk gekregen. Deze middag lopen we een zeer moeilijke klim over een slecht onderhouden pad. We klimmen over omgevallen bomen. Op handen en voeten kruip ik over steile stukken, met nauwelijks houvast. Ik durf niet omlaag te kijken, maar weet dat we inmiddels honderden meters hoog zijn. Het pad is smal en ligt vol takjes en steentjes waarop ik kan uitglijden. Op moeilijke stukken gaat Sjaak me voor of houdt mijn hand stevig vast. Mijn benen zijn oververmoeid en branderig en ik houd me aan iedere boom vast die ik tegenkom, om daar even uit te rusten.
Foto: vandaag lopen we een pittige tocht over slecht onderhouden paden
Rosa trekt zich niks van deze uitdagingen aan. Zij rent van boven naar beneden, met in haar ogen de vraag “Waar blijven jullie nou?”. Braaf wacht zij totdat wij eindelijk de top bereiken. Wij zijn opgelucht en ik ben de tocht van vandaag helemaal zat. Als we na een pittige afdaling weer beneden zijn besluiten we het laatste stuk tot aan de camping via de asfaltweg te lopen. Er is een brede berm, dus hier is dat veilig.
Foto: Rosa heeft plezier in deze uitdagende wandeltocht
Aardappelsoep uit blik
De camping voor vannacht is niet goedkoop, maar we kunnen wel een paar levensmiddelen kopen. Als we ’s avonds aardappelsoep met sperziebonen en rode kool met appelmoes eten komen we tot rust. “Ik hoor mijn maag allemaal juichkreten slaken van deze goed gevulde soep!” zegt Sjaak blij. Ik geloof dat ik zelf ook nog niet eerder zo blij ben geweest met wat groenten, ook al is het uit een potje van Hak. De tent staat op een mooie plek aan de rivier, de was is schoon en gecentrifugeerd uit de machine gekomen en hangt te drogen onder de luifel van een verhuurhuisje. Ik geef Rosa twee gedroogde zalmrepen en morgen krijgt zij het blikvoer dat ik al sinds Maastricht in mijn rugzak meedraag.
Lange nachten
Sinds we deze wandelreis doen zijn onze nachten steeds langer geworden. We gaan vaak rond 21.30 uur slapen en staan dan rond 8.30 uur weer op. Blijkbaar hebben we deze rust nodig. Het wordt ook steeds eerder donker en het is te merken dat het kampeerseizoen op zijn einde loopt. Want hoewel het overdag bijzonder mooi weer is, pakken de campingeigenaren hun terrasstoelen in, zijn de safaritenten gesloten en zijn de restaurants op de campings dicht. Ook de terrassen en winkels in de dorpjes zijn gesloten en we vragen ons af wat dit voor onze reis betekent.
Meteen weer klimmen
Omdat we behoorlijk moe zijn, vraag ik de volgende ochtend aan Sjaak of we net als in de Ardennen via de asfaltweg naar onze volgende bestemming kunnen. Het probleem in dit deel van Luxemburg is echter dat de autoweg die de gewenste richting opgaat erg druk en onveilig is voor wandelaars. Op sommige stukken is er een brede grasberm, maar op andere stukken is er alleen een rotswand of vangrail. Er rijdt veel zwaar verkeer zoals bussen en vrachtwagens. De GR5 pakt sommige stukken autoweg mee, maar neemt veel meer de binnendoorpaadjes. En je raadt het al: dit zijn de zogenaamde steile geitenpaadjes! Ik ben er even niet meer blij mee, maar er is geen andere keuze. Al in het eerste kwartier hijgen en puffen we de steile berg op, en we zien het dorp steeds lager van ons komen te liggen. Het zweet druipt langs mijn rug. Na 45 minuten bereiken we een open landschap en we rusten uit op een bankje. “Wil jij ook chocolade?” vraag ik aan Sjaak, terwijl ik de chocoladereep met hazelnoten van de Q8 tevoorschijn tover. Samen genieten we van de reep, het water en ons uitzicht.
Foto: ons uitzicht na de eerste klim van 45 minuten
Ravage
We besluiten onze lange broek af te ritsen, omdat we voorlopig geen bospaden zien. Bospaden betekent schrammen van bramenstruiken, takken en stenen, en dat willen we niet. Het landschap bestaat echter uit uitgestrekte maisvelden. Even verderop zijn de paden verwoest door de wagens van de bosbouw. De diepe groeven van de banden van de wagens maken de paden moeilijk begaanbaar, net als in Oirschot. Dit blijkt een natuurgebied te zijn dat niet aangetast mag worden door mensen. “Denk jij dat ze deze paden weer herstellen, nu ze deze ravage hebben aangericht?” Sjaak denkt van niet. “PWN herstelt de paden in Castricum altijd wél, nadat er bomen zijn gekapt en stammen zijn opgehaald. Maar ik denk niet dat ze dat hier ook doen.”
Steiler dan verwacht
We komen in het bos, en de paadjes gaan ongemerkt weer over in steile geitenpaadjes. Ik loop nog steeds in korte broek en zie de afgronden naast me steeds steiler worden. Opeens beklemt dit alles me en ik moet gaan zitten. Eerst de broekspijpen weer aanritsen, want het stikt hier van de bramentakken. En vinden we dit nog leuk? Opnieuw praten we over onze reis en het lucht me op om mijn gevoelens te delen. Gek genoeg voelen we ons na dit gesprek allebei beter gefocust en gegrond! De afdaling gaat dan ook een stuk gemakkelijker.
Foto: na de rust op grote hoogte in het bos weer verder lopen
In het plaatsje Stolzembourg halen we water en eten we brood en koekjes. Hierna lopen we verder op onze laatste etappe van vandaag. Voordat onze klim begint roept een vriendelijke Luxemburger vanaf zijn balkon of we nog water nodig hebben. “Wat aardig! Nee hoor, bedankt, we zijn helemaal voorzien!”, en we lopen het bos in via een slingerend klimpaadje.
Rosa kwijt
En dan gebeurt waar we al weken bang voor zijn. We zijn Rosa kwijt. Ze rent de hoek om, maar als wij aankomen waar zij naartoe rende, is ze nergens te bekennen. We roepen haar, maar ze reageert niet. Na enkele minuten roepen gooien Sjaak en ik onze rugzakken onbewaakt in de berm. Niets kan ons meer schelen. Sjaak loopt honderden meters terug de helling af, en ik loop vooruit langs het zandpad, omdat ik Rosa niet terug heb zien rennen. Minutenlang roepen we tevergeefs haar naam. Keihard. Met kloppende harten van angst, want waar is ons lieve hondje gebleven? In de verte hoor ik Sjaak naar Rosa roepen. “Heb jij haar gevonden?” Helaas is dit niet het geval, we zijn haar echt kwijt! Aan alle kanten van het pad zijn we omgeven door donker, dicht en prikkelig struikgewas en het is onbegonnen werk om haar overal te gaan zoeken. Na ongeveer tien minuten hoor ik zacht keffen vanuit de bosjes. Iets verder weg, dus ik loop in de richting van het geluid. Hierna roep ik nog tientallen keren, maar ik hoor niets meer. Opeens hoor ik geritsel en Rosa komt hijgend uit de bosjes springen. Haar tong hangt ver uit haar bek en in haar ogen is te zien dat ze een enorme inspanning heeft geleverd om naar me toe te komen. Ik doe haar aan de lijn en roep naar Sjaak dat ik Rosa heb gevonden. Hij is nog te ver weg, dus hij hoort me niet. Bij de rugzakken roep ik Sjaak opnieuw en hij komt aanlopen. Rosa lijkt uitgeput, kleine waterige oogjes, platte oortjes, heel snel hijgend en met een knalrode grote tong. “Eerst water!” Rosa lijkt opgelucht maar ademt nog steeds te snel en haar kleine oogjes huilen. Ze is blij met het water. Hierna neem ik haar op mijn borst, streel haar rug en voer haar kleine stukjes zalmreep. Langzaam wordt haar hartslag rustiger. Haar oogjes zijn echter nog steeds heel klein. “Ik denk dat ze een dier zag, bijvoorbeeld een eekhoorn, en hier achteraan is gerend. Ik denk dat ze vervolgens niet wist hoe ze weer terug bij ons moest komen en heel ver heeft moeten springen of zich heeft moeten losrukken uit dicht struikgewas. Wat ben ik blij dat ze weer terug is!” Sjaak is het met me eens. We knuffelen met de geschrokken Rosa, en als ze wat is uitgerust lijnen we haar aan en lopen verder de berg op.
Niet meer leuk
Ondanks de prachtige slaapplek vlakbij een soort scoutinghut, vind ik het niet meer leuk. Ik kan niet meer genieten van de volle maan en de prachtige heldere sterrenhemel. Ik kan niet meer genieten van de opkomende zon op deze verlaten plek. Rosa heeft weinig levenslust en tankt bij me bij, terwijl ze als een baby in mijn armen ligt. De volgende ochtend eten we ontbijtkoek met abrikozenjam, het enige dat we nog hebben. Tijdens de wandeling durf ik Rosa niet meer los te laten lopen, maar de paadjes zijn te smal en te steil om een hond aan de lijn erbij te hebben. We lopen een magere 10 kilometer, waarvan een deel over moeilijke paadjes en een deel langs een drukke weg, waarna we Vianden naderen.
Foto: in de verte zien we het prachtige kasteel van Vianden liggen
Vianden
Eindelijk bereiken we het prachtige stadje Vianden. Het kan niet missen: Het kasteel torent hoog uit bovenop de berg. In leuke kleine straatjes met authentieke huizen lopen talloze stelletjes die een weekendje weg zijn. Ik wijs Sjaak op een prachtig hip koffietentje dat eveneens expositieruimte is. Hier hebben ze ook heerlijke kruidenthee en pruimentaart voor mij.
Foto: even bijkomen met koffie, thee, pruimen- en amandeltaart
Eindelijk fruit
We kopen brood en notenkoek bij een klein bakkerswinkeltje dat we via een trappetje kunnen bereiken. Hierna doen we boodschappen bij een kleine epicerie waar iedere seconde het belletje bij de deur rinkelt. Hier hebben ze eindelijk het fruit waar ik al dagen naar verlang: sinaasappels, mandarijnen en kiwi. Voor Rosa kopen we een zak brokken, verse vis en twee bakjes houdbaar hondenvlees, zodat we weer even vooruit kunnen. Gelukkig begint Rosa weer wat energieker te worden. Normaal drink ik geen melk, maar nu gooi ik voor ieder van ons een liter melk in ons mandje, omdat ik weet dat we daar een groot deel van onze eiwitten vandaan moeten halen. We eten onze lunch op de wandelpromenade aan de rivier de Our, terwijl we onze slaapzakken te drogen hangen in de hete zon.
Foto: We lunchen op de wandelpromenade aan het water. Sjaak geniet van de heerlijk koude melk uit de epicerie.
Camping
Op de camping kunnen we gratis douchen, en ik spoel al het vuil van me af. We drinken thee terwijl we ons afvragen hoeveel standjes de grasmaaimachine heeft, aangezien de bestuurder de hele middag bezig is met een paar veldjes en iedere keer wordt het gras weer ietsje korter. Ik geef Rosa een uitgebreide borstelbeurt. Motorfietsen komen af- en aanrijden met ronkende motoren. Een Braziliaans gezin zet het gehuurde camperbusje strak naast onze tent op het verder lege veld. De twee stralende mensen komen met ons kennismaken en verwarmen ons met hun lach. Wij komen tot rust bij onze stoofpot met aardappel, tomaat, ui, prei en tuinboontjes, terwijl onze buurvrouw in het Portugees geanimeerd met iemand telefoneert en vertelt dat ze in “Vianda” is gearriveerd.
We wijzigen de route
Nu we Vianden hebben bereikt, komen we iets meer in de bewoonde wereld en kunnen we de route aanpassen. De GR5 in Luxemburg is moeilijk en vertraagt onze reis. Op sommige trajecten lopen we maar 2,5 kilometer per uur. Het lijkt voor mij meer op klimmen dan op wandelen, iedere stap is spannend, waar zet je je voeten neer? Hoe zorg je ervoor dat je veilig die heuvel weer afkomt of dat bos weer uitkomt? Dit vind ik voor een paar dagen wel leuk, maar daarna gaat mijn lichaam protesteren en gaat de lol eraf. Vanwege de onveilige hoofdweg moesten we wel doorzetten en dat hebben we ook gedaan, maar voor de rest van Luxemburg heeft Sjaak via Google Maps andere wandelroutes gevonden. De komende dagen hoeven we dus hopelijk geen geitenpaadjes meer te lopen en laten we de GR5 even voor wat deze is.
Spiritus
De volgende ochtend lopen we naar Diekirch en het is een verademing om een gelijkmatig verharde weg te volgen. Een gedeelte van onze route heeft voetpaden en op de overige stukken letten wij goed op de auto’s, die ook netjes ruimte voor ons maken. We moeten wel klimmen, maar maken toch tempo. Dit is een innerlijke drive, maar we willen ook graag vóór 13 uur in Diekirch zijn. Onze branspitus is op en de epicerie in Vianden had alleen aanmaakvloeistof, waar we niet op blijken te kunnen koken. In Diekirch is een grote supermarkt die op deze zondag om 13 uur sluit. We lopen langs leuke glooiende landweggetjes richting Diekirch.
Foto: de koeien bekijken welk gezelschap over hun landweggetje loopt
Diekirch
Om kwart voor één zijn we in Diekirch. Precies op tijd om nog op ons gemak boodschappen te kunnen doen in de gigantische E.Leclerc winkel. Onze laatste grote supermarkt was een week geleden, de Aldi in Vielsalm. Er valt nu weer wat te kiezen, dus we nemen behalve de spiritus ook suikervrije biomuesli met gedroogde vijg, een gekoelde komkommersap met appel en peer, verse chocolademelk uit de koeling en een pakje kiwi gold mee. Het is bizar hoe we tijdens onze reis van de ene in de andere werkelijkheid wandelen. Bevalt iets ons niet? Dan lopen we toch gewoon verder?! Tegenover de supermarkt zit een zogenaamd Kulturhaus. Hier worden exposities gehouden en wij mogen onze lunch op hun pleintje eten. Er staan mooie bloemen en er hangt een schaduwdoek. We hangen onze slaapzakken over een muurtje in de stralende zon. Rosa eet 700 gram grote stukken rundvlees en ligt heerlijk uit te buiken in het grind. Ook Sjaak doet een dutje op het bankje.
Foto: een heerlijk rustige lunch op een plekje waar we ons welkom voelen
Medernach
Na onze heerlijk lange pauze lopen we zo’n drie uur langs een drukke N-weg naar Medernach. Sjaak heeft de bezielende leiding en roept achtereenvolgens ‘Auto!’, ‘Bus!’, ‘Motor!’ of wat er ook maar aan komt rijden. Hierna roept hij ‘Links!’ als de auto uitwijkt naar links en wij dus op de weg kunnen blijven lopen, of ‘Berm!’ als we de berm in moeten springen. Het systeem werkt goed, maar in combinatie met de ochtendwandeling in marstempo zijn onze voeten en benen na de middagwandeling erg moe. We trekken de stoute schoenen aan en vragen aan een boer in Medernach of we op diens erf mogen staan. Gelukkig is dit mogelijk, en wij vinden een mooi recht stuk gras om onze tent op te zetten. De boer en boerin zijn vannacht druk met hooiwerkzaamheden, maar wij mogen uitrusten van deze enerverende dag en ons opmaken voor een nieuwe wandelweek!
Foto: ons uitzicht vanuit de tent, op het erf van de boer in Medernach
Op weg naar week 5
Deze vierde week zit er alweer op. Het afsluiten van een week voelt een beetje als opruimen. We laten deze week en deze ervaringen achter ons, en beginnen volgende week met een schone lei, nieuwe ervaringen en nieuwe wandelingen vanaf onze huidige locatie in Luxemburg. Rosa maakt het inmiddels weer bijzonder goed en is haar eigen energieke, glanzende, blije en soms ondeugende zelf. Ze is opmerkzaam en houdt de wacht, en wij houden de wacht over haar. Komende week lopen we in de richting van Luxemburg Stad, om vervolgens in de richting van Frankrijk te wandelen. Tot volgende week!
(geschreven door Keeke)
PS We genieten enorm van de reacties die we ontvangen hebben! Dank jullie wel! Het is iedere keer een steuntje in onze rug om jullie bemoedigende woorden te lezen. Dus als je zin hebt, stuur gerust een berichtje (dit komt alleen bij ons terecht en wordt niet online gezet).